NSFC Fanfare Klanken Nr. 4-2008

hand dat de gelukkige spontaan uitbarst in “O, kom er eens kijken”. Wordt er op pakjesavond, ondanks dat hedendaagse woningen over het algemeen volop uitgerust zijn met geavanceerde technieken zoals computergestuurde deurbellen, door rond het huis sluipende lieden luidruchtig op de deur geklopt, dan zingt heel Nederland “Daar wordt aan de deur geklopt”. Sinterklaasliedjes worden doorgegeven van ouder op kind en gaan al vele generaties mee. Eigenlijk veranderen ze muzikaal weinig, hooguit de teksten worden zo nu en dan gewijzigd. Maar waar komen deze liedjes nu precies vandaan? Laten we eens kijken: Zie ginds komt de stoomboot In 1851 verschijnt van het 19de-eeuwse Amsterdamse schoolhoofd Jan Schenkman de versjesbundel St.-Nicolaas en zijn knecht met daarin Zie ginds komt de stoomboot . Niet alleen bedacht Schenkman de tekst voor dit (later bekende) lied, maar hij leverde met zijn bundel ook een belangrijke bijdrage aan de huidige beeldvorming van de Sint. Hij bedacht de stoomboot, de knecht, het over de daken rijden van het paard, Spanje en de zak van Sinterklaas. Schenkman maakte van Sinterklaas de kindervriend zoals we hem vandaag nog steeds kennen. Bron: www.gva.be Een melodie op Zie ginds komt de stoomboot was er niet totdat het in 1912 werd gecombineerd met het oude Duitse volkslied Im Märzen der Bauer die Rösslein einspannt . Dit volkslied was oorspronkelijk bedoeld ter ere van de oogst. De componist is onbekend maar de eerste optekening stond in ieder geval in een boek van Joseph Pommer uit 1884. 11

RkJQdWJsaXNoZXIy OTE5MDM=