Jubileummagazine 100 jaar
JUBILEUM MAGAZINE 50 Dit gebeurde in kleine groepjes die na een paar weken weer wisselden van onderwerp. ‘Je ging bijvoorbeeld drie keer koken, dan drie keer figuurzagen en dan weer iets anders. Dat vond ik een van de leukste dingen van school. Ik heb zelfs een keer een soort tuin ontworpen en met allerlei materialen mogen uitwerken.’ Jongens moesten later de kost verdienen Het grootste verschil tussen vroeger en later is het zelfstandig werken door leerlingen, zo blijkt uit het gesprek. In de tijd van mevrouw Wennink en Ellen ging alles nog klassikaal. Kinderen hadden wel hun eigen schriftjes en werkboekjes, maar de uitleg werd centraal gegeven waarna kinderen geacht werden allemaal dezelfde oefeningen te maken. In de tijd van Marlies kwam hier verandering in. Leerlingen kregen verschillende werkboekjes en konden zo op hun eigen niveau werken. Ook de uitleg werd niet altijd klassikaal gegeven. Marlies: ‘De klas werd in groepjes verdeeld en dan kreeg het ene groepje uitleg van de meester over iets, terwijl de andere groepjes zelf aan bijvoorbeeld rekenen, aardrijkskunde of begrijpend lezen gingen werken. Na een half uur schoof je groepje door en ging je aan iets anders werken. Ik vond dat wel fijn, want dan kon je gewoon lekker je ding doen. En ik vond het fijn om het snel af te maken, want dan kon ik daarna iets leuks doen zoals tekenen of lezen.’ Deze manier van werken lijkt volgens Ellen al veel op het circuitonderwijs uit de huidige onderwijsvernieuwingen. Zo wordt op de Ichthusschool tegenwoordig in de ochtend les gegeven door middel van het werken in blokken. Herinneringen Gelukkig hebben deze drie generaties HSN- leerlingen goede herinneringen aan hun eigen schoolperiode. Zo vond Marlies het heel leuk om met de hele school (christelijke) liederen te zingen in de gymzaal. ‘Op maandagochtend of vrijdagmiddag hadden we praise. Ik hield heel erg van zingen, dus dan vind je zoiets gewoon heel leuk. Iedereen nam zijn stoeltje mee naar de gymzaal. Meester Antes begeleidde alles op de piano en meester Van der Louw op de gitaar. En dan alle teksten op een beamerscherm. Volgens mij duurde het meestal wel een half uur of drie kwartier. Ik vond het altijd helemaal geweldig!’ Ellen denkt met veel plezier terug aan de verjaardagen van haar meesters en juffen. ‘Dan maakten we vaak toneelstukjes. Dat staat me nog goed bij. Niet heel groot hoor, meer sketches-achtig, maar we gingen wel verkleed. Dat vond ik erg leuk!’ Voor mevrouw Wennink is het wel duidelijk: zij denkt nog vaak terug aan juffrouw Heuvelman. ‘We haalden haar ook vaak thuis op. Ze woonde met een andere juf op kamers boven het winkeltje van Van Dasler, op de hoek van de Oosterstraat en de Langestraat. Dan stonden we voor de winkeldeur te wachten. Als de juffers naar buiten kwamen dan mocht degene die er het eerste bij was een arm geven en dan liep je zo naar school. Ik stond altijd alleen op juf Heuvelman te wachten. In de hogere klassen ging je daar niet meer zo staan natuurlijk, maar ze is wel altijd mijn lievelingsjuf gebleven.’ En dan herinnert Ellen opeens aan de pannenkoeken van opa. ‘Weet je nog, Marlies, dat opa Wennink een keer pannenkoeken voor jullie heeft gebakken?’ Dat kan Marlies zich inderdaad nog herinneren. ‘Opa kan pannenkoeken bakken als de beste!’ Mevrouw Wennink herinnert er aan dat zij dat destijds al voor Ellen deed als er iets te vieren was op school. ‘Wat heb ik toen ook vaak pannenkoeken staan bakken voor jullie.’ ‘Grappig eigenlijk,’ aldus Marlies, ‘dat sommige dingen door de jaren heen eigenlijk best wel hetzelfde zijn gebleven!’ Klassefoto Marlies Morren.
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy OTE5MDM=