Jubileummagazine 100 jaar
JUBILEUM MAGAZINE 52 Hoewel de ontwikkelingen op het gebied van ICT slechts in het laatste deel van het 100-jarig bestaan van de HSN plaatsvonden, is er in die periode wel heel veel veranderd op dit gebied. Veranderingen die veel gevolgen hebben gehad voor ons onderwijs. Want wie werkt er binnen de HSN niet op een digitaal apparaat? En hoelang zouden we zonder internetverbinding kunnen? De eerste computers De eerste computers kwamen eind jaren tachtig de scholen binnen. Met die computers kon je verschillende lettertypes gebruiken en zelfs plaatjes op het scherm zien. Toen een (matrix)printer dit ook nog eens kon printen, dachten we dat de techniek compleet was. De overheid stimuleerde het gebruik van computers door oude exemplaren van de Belastingdienst naar basisscholen door te schuiven. En er kwam een budget van fl. 12 (gulden) per leerling per jaar. Toen dit niet het gewenste resultaat gaf, startte de overheid het PRINT/Comeniusproject. PRINT stond voor PRoject Invoering Nieuwe Technologie. Elke basisschool in Nederland ontving (gefaseerd) een aantal pc’s: 1 pc op 60 leerlingen. Deze desktops werkten onder Windows 3.0. Ook werd er educatieve software op diskettes meegeleverd, zoals: ‘Clowns’, ‘Thuis in het milieu’ en ‘Hoofdwerk’. De scholen verplichtten zich tot nascholing en elke school stelde een Activiteitencoördinator aan (de latere ICT-coördinator). Voor de verplichte cursus nam deze coördinator zelf een computer mee, anders moest hij ‘droog’ oefenen. Alle software werd per PC geïnstalleerd via floppy-discs. Binnen de HSN werd ICT al snel bovenschools ondersteund. Toenmalig minister van onderwijs Loek Hermans kwam hiervoor zelfs een kijkje nemen op onze scholen. De overgang van het jaar 1999 naar 2000 passeerde zonder last te hebben van de gevreesde ‘millenniumbug’. Bedrijven gaven apparatuur aan de scholen en ouders hielpen ’s avonds met het trekken van de kabels. In 2001 werd door de HSN zelfs fl. 616.470,- (gulden) subsidie aan de gemeente gevraagd om op een professionele manier digitale netwerken in alle Nijkerkse basisscholen aan te leggen. Langzaam werd er serieus geld beschikbaar gesteld. In die tijd ging de HSN voor het eerst met netwerkbeheerbedrijven in zee; eerst Edulan en sinds 2008 Actacom. In de klas Leerlingen gingen steeds meer met de computer doen. Topo en tafels werden niet meer saai van een blaadje geleerd, maar werden geoefend op de computer. Leren werken met Word en Veilig Internetten werd onderdeel van de lessen. Het programma Encarta ging encyclopedieën en informatieboekjes vervangen. Taal Actief en Pluspunt werden standaardprogramma’s op de scholen. Inmiddels werken de meeste leerlingen regelmatig zelfstandig aan een vak via een app op een iPad of Chromebook. Digitale schoolborden In 2006 kwamen de eerste Activ-borden de HSN binnen, nadat een leerkracht deze tijdens een studiereis op Engelse scholen had gezien. Door met een speciale pen boven zo’n digitaal schoolbord te bewegen, kunnen verschillende functies worden aangeklikt. Zo kan er op het bord een tekst worden geschreven, maar kan bijvoorbeeld ook een filmpje worden afgespeeld of extra uitleg over de stof tevoorschijn worden gehaald. De Appelgaard deed als eerste de oude krijtborden de deur uit. Zes jaar later waren alle krijtborden binnen de HSN vervangen en naar Oost-Europa gestuurd, samen met pc’s die niet meer voldeden. ICT als middel ICT is slechts een middel waarmee we goed onderwijs vorm kunnen geven. Doelen bepaal je als onderwijsteam en de leerkracht blijft de spil in alles, ook in het voorbereiden van leerlingen op een toekomst met nóg meer ICT. Onderwijs verandert al langer dan het staartje van de afgelopen honderd jaar, maar nooit eerder zo snel en ingrijpend als nu. We moeten ons afvragen welke gevolgen dat heeft voor de inhoud van ons onderwijs. Willen we schrijven, kleuren en 100 jaar ICT binnen de HSN
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy OTE5MDM=